
Door: Jos Wokke
Stigmatiseren is een kwaad goed en het is goed dat hier aandacht voor is. Vooral ook omdat de regelgeving hierover in ons land nog niet erg duidelijk is. Natuurlijk is er wel artikel 1 van de grondwet dat bepaald dat “allen die zich in Nederland bevinden in gelijke gevallen gelijk behandelt moeten worden”. Verschil maken wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, of welke grond dan ook is niet toegestaan. Dit artikel biedt eigenlijk alleen maar een handvat waarop de burger zich zou kunnen beroepen. Maar erg duidelijk vind ik dit niet. Immers wat zijn gelijke gevallen?
‘Stigmatiseren is iets wat niet goed is en daardoor kan dit maatschappelijk niet getolereerd worden.’
Het EVRM Europees verdrag voor de rechten van de mens is daar een stuk duidelijker in, maar het is ingewikkeld om hier dieper op in te gaan. Stigmatiseren is iets wat niet goed is en daardoor kan dit maatschappelijk niet getolereerd worden. Het is daarom ook een prima zaak dat de Stichting Samen Sterk zonder Stigma dit onderwerp onder de aandacht brengt. Waar we wel voor moeten waken is dat we ons dan ook alleen met zaken bezig houden waarbij er ook echt sprake is van stigmatiseren. Doe je dat niet dan loop je het risico dat er aan het doel voorbij gegaan wordt. Daarnaast geef je kwaadwillende de gelegenheid zich te beroepen op het feit dat met het bestrijden van stigmatiseren geprobeerd wordt daar winst uit te halen.
Is er een definitie van stigmatiseren?
Dit lijkt op het eerste gezicht eenvoudiger dan het is. Je zou kunnen zeggen als iemand anders behandeld wordt onder gelijke omstandigheden wegens een psychische aandoening dit in strijd is met artikel 1 van de grondwet. Maar dat gaat lang niet altijd op. Het kan namelijk best zo zijn dat iemand met een dergelijke aandoening juist anders benadert of behandelt moet worden. In dat geval is er geen sprake van stigmatiseren. Toch kan het dan zo zijn dat de betrokkene dit zelf als stigmatisering ervaart.
Koos
Afgelopen zomer kwam ik op een terras in Alkmaar een oude vriend van mij tegen. Zijn naam is Koos en hij is al bijna veertig jaar ondernemer. In die tijd heeft hij een behoorlijk groot bedrijf opgebouwd met meer dan 200 man personeel. Koos heeft iets met zijn gehandicapte mede mens. Vanaf zijn beginperiode had hij al mensen met een beperking in dienst. Dus al van ver voordat hier regelgeving over bestond deed hij dit op eigen initiatief. Sinds een aantal jaren heeft hij ook mensen met een psychiatrische aandoening bij hem in dienst. Hij vertelde mij dat dit toch wel de nodige aanpassingen gevraagd had. Het verschil met werknemers met een verstandelijke beperking of lichamelijk zat hem voornamelijk in het feit dat deze beperkingen bijna altijd stabiel zijn. Bij mensen met een lichamelijke beperking kan je nog vrij precies inschatten wat je van deze mensen vragen kan. Dit zou bij mensen met een psychiatrische aandoening toch wel een beetje anders liggen. Dit kwam volgens Koos voornamelijk omdat daar veel schommelingen bij de inzetbaarheid capaciteit voorkomt. Er zijn dagen dat zij meer kunnen en er zijn dagen dat zij minder kunnen. Hij probeert daar zoveel mogelijk rekening mee te houden.
‘Alles weer rustig in je bol?’
Waar hij problemen mee heeft is dat zodra hij bij het bepalen van de inzetbaarheid de plank een keer misslaat er dan onmiddellijk gesproken wordt van stigmatiseren. Waar hij ook verbaasd over is, is dat als één van zijn werknemers enige tijd uit de roulatie is geweest wegens ziekte hernia, of maag etc. hij dan altijd informeert zodra zij weer op het werk komen hoe het met de gezondheid is. Hij vraagt dan “Hoe is het met je maag, of c.q. rug?”. Vraagt hij aan een werknemer met een psychiatrische aandoening die na een periode van afwezigheid weer terugkomt hoe het met zijn gezondheid is, (hij vraagt dan “Alles weer rustig in je bol?”), dan wordt er gezegd dat hij stigmatiseert. Maar Koos stigmatiseert niet gewoon omdat iemand die voordat er regelgeving was zelf al actie ondernam. Stigmatiseren is ook niet Koos zijn bedoeling. Sterker hij is oprecht geïnteresseerd in het wel en wee van de betrokken werknemer. Hiermee wordt duidelijk dat er lang niet altijd sprake is van stigmatiseren ook als dit door de betrokkenen wel als zodanig wordt ervaren.
Wanneer is het dan wel stigmatiseren?
Stigmatiseren komt voor en moet bestreden worden. Het mag niet zo zijn dat iemand vooraf anders behandelt door zijn aandoening. Nog steeds komt het voor dat mensen met een psychiatrische aandoening afgerekend worden op het afwijkend gedrag tijdens hun ziekte. Dat mag natuurlijk niet zo zijn. Als iemand zich een korte periode afwijkend gedraagt als gevolg van zijn of haar ziek zijn, dan kan het natuurlijk niet dat dit doorwerkt in de vaak veel langere periode dat er geen sprake is van afwijkend gedrag. Dit doen wij ook niet bij somatische ziekten.
‘Stigmatiseren komt voor in alle geledingen van de maatschappij, zelfs patiënten onderling doen hier aan mee.’
Iemand met een maag aandoening of iets anders wordt ook niet beoordeeld als iemand die ten alle tijden ziek is. Dit zou ook moeten gelden voor mensen met een psychische aandoening. Stigmatiseren komt voor in alle geledingen van de maatschappij, zelfs patiënten onderling doen hier aan mee. Zelf heb ik PTSS op mijn weg naar herstel ben ik het meerdere keren tegengekomen. Ik heb geleerd daar mee om te gaan en heb mijn eigen plan daarin getrokken. In alle gevallen was het met een paar maanden over zonder daar toestanden over te hoeven maken. Bij belangstelling wil ik daar best nog wel eens een artikel over schrijven